Punctie bij IVF of ICSI: hoe gaat een eicelpunctie in zijn werk?
Als spontaan zwanger worden niet lukt, kan IVF of ICSI uitkomst bieden. Een belangrijk onderdeel van zo’n behandeling is de eicelpunctie. Dit is het moment dat de eicellen uit je eierstokken worden gehaald om bevrucht te worden. Wat kan je verwachten van een punctie bij IVF of ICSI?
Wat is een eicelpunctie?
Een eicelpunctie betekent het wegzuigen van eicellen. Als je in een ICSI of IVF-traject zit, is dit het moment dat de eicellen uit je eierstokken gezogen worden. Een belangrijk moment, want daarna zullen de eitjes in het laboratorium bevrucht worden door de zaadcellen van je partner (of een donor).
Een eicelpunctie is een kortdurende ingreep die in het ziekenhuis plaatsvindt. Hierbij krijg je een plaatselijke verdoving en/of pijnstilling via een infuus. Het aanprikken van je eierstokken gebeurt vrijwel altijd via je vagina en heel soms via de buik. Voordat de punctie bij IVF of ICSI kan plaatsvinden, zijn er een aantal voorbereidingen nodig.
Eiceldonatie zonder wachtlijst
Lukt het niet om natuurlijk zwanger te worden? Dan kan eiceldonatie een optie zijn. De donoreicel wordt bevrucht met sperma van je partner. Je kan de baby zelf dragen tijdens de zwangerschap.
De voorbereidingen
Voordat je fertiliteitsarts een IVF-punctie bij je kan doen, zijn een aantal voorbereidingen nodig. Deze bestaan uit een behandeling met hormonen en controle-echo’s.
Hormonen
Om de kans op een zwangerschap zo hoog mogelijk te maken, krijg je hormonen in de weken voor de punctie. Normaal gesproken groeien er per eierstok elke maand zo’n tien eiblaasjes (follikels) met daarin een eicel. Er rijpt er alleen maar eentje helemaal uit die daarna de eisprong doormaakt. De rest van de eiblaasjes wordt door je lichaam afgebroken.
De hormonen die je krijgt, stimuleren je eierstokken. Zo zorgen ze ervoor dat er niet één, maar meerdere eiblaasjes blijven groeien. Meer eicellen betekent namelijk meer kansen op een succesvolle zwangerschap.
Je krijgt hiervoor twee hormonen, die je meestal via injecties bij jezelf inspuit. Het eerste hormoon (GnRH) onderdrukt je eigen menstruatiecyclus. Dit voorkomt dat er onbedoeld een eisprong plaatsvindt. Het tweede hormoon is het follikel stimulerend hormoon (FSH). Follikels zijn de eiblaasjes waarin de eicellen groeien. Door deze te stimuleren groeien er meerdere eiblaasjes met eicellen tot de juiste grootte.
Echo’s
Tijdens het stimuleren van je eierstokken ga je regelmatig naar het ziekenhuis voor controle-echo’s. Hiermee houden de artsen in de gaten hoe de follikels groeien. Zodra een aantal (bij voorkeur een stuk of acht) follikels groot genoeg is, krijg je een datum voor je eicelpunctie. Deze is meestal twee tot drie dagen later.
34 tot 36 uur voor de punctie spuit je nog een laatste medicijn (HCG) in. Het hormoon dat hierin zit zet de laatste rijping in gang. Ook zorgt het ervoor dat de eitjes los komen te liggen in de vloeistof van de follikels. Ze zijn dan klaar om opgezogen te worden.
Hoe verloopt een punctie bij IVF en ICSI?
Een eicelpunctie wordt gedaan door een fertiliteitsarts in een behandelkamer. Bij de eicelpunctie prikt de arts de follikels aan. Met een holle naald zuigt hij de vloeistof met daarin de eicellen uit de follikels. Dit gebeurt via een vaginale echo. De eierstokken liggen aan weerszijden van je vagina en zijn zo het makkelijkst te bereiken.
Omdat de arts door de vaginawanden heen moet prikken, worden deze eerst verdoofd. In sommige ziekenhuizen wordt pijnstilling via een infuus gebruikt in plaats van een plaatselijke verdoving.
Daarna brengt de fertiliteitsarts een staafvormig echo-instrument bij je naar binnen via de vagina. Met behulp van de echo kan de arts zien waar ze moet prikken. Door de naaldgeleider op de echostaaf voert ze de holle naald op. Deze prikt door je vaginawand heen je eierstok in.
Dan prikt de arts in elke follikel die ze ziet en zuigt ze deze leeg. Het vocht met daarin de eicellen wordt via een slangetje opgevangen in buisjes. Als de ene eierstok ‘leeggezogen’ is, is de ander aan de beurt. Via het echoscherm kan je zelf meekijken hoe dit alles gebeurt.
De hele ingreep duurt ongeveer een half uur, maar het echte aanprikken van de follikels duurt zo’n vijf minuten per eierstok. Je partner mag erbij zijn om jou te ondersteunen.
Wat voel je tijdens de punctie?
Over het algemeen is de pijn tijdens de punctie goed te doen. In elk ziekenhuis wordt hier pijnstilling voor gebruikt, maar de manier waarop is overal verschillend. Het ene ziekenhuis gebruikt pijnstilling via het infuus. Het andere ziekenhuis kiest voor lokale verdoving, bijvoorbeeld in combinatie met paracetamol tabletten die je van tevoren neemt.
De eierstokken zelf kunnen niet verdoofd worden. Het aanprikken van de follikels in je eierstokken kan dan ook pijnlijk zijn. De ene is vervelender dan de ander. Je voelt dit als een soort stekende ‘elektrische schokjes’. Sommige vrouwen omschrijven het ook wel als menstruatie-achtige krampen. Ben je erg bang voor de pijn of heb je een lage pijngrens? Dan kan je er in sommige ziekenhuizen ook voor kiezen om een infuus met wat kortwerkende morfine te krijgen.
IVF-punctie: hoeveel eicellen?
Na de eicelpunctie gaat het opgezogen vocht met daarin de eicellen naar het laboratorium. Daar wordt geteld hoeveel eicellen er gevonden zijn. Binnen een uur na de punctie krijg je te horen hoeveel het er zijn. Gemiddeld zijn dit er acht tot tien. Hier kunnen ook een aantal onrijpe eicellen tussen zitten. Deze kunnen niet bevrucht worden.
Na de punctie
Na de punctie blijf je nog even op de punctie- of uitslaapkamer om bij te komen en uit te rusten. Als je je goed voelt, mag je naar huis. Je kan in de dagen erna nog lichte buikpijn, een opgeblazen gevoel en bloedverlies hebben. De verpleegkundige of arts geeft je wat leefregels mee voor de komende dagen.
Adviezen voor thuis
De aangeprikte follikels vullen zich met bloed en weefselvocht. Je kan dit vergelijken met kleine bloeduitstortingen. Je hebt dus meerdere ‘wondjes’ in je eierstokken. Daarom is het belangrijk om rustig aan te doen. Houd de volgende adviezen zoveel mogelijk aan:
- Gebruik geen tampons om het bloed op te vangen. Dit verhoogt de kans op een infectie.
- Zolang je nog bloed verliest, is het beter om niet te vrijen of in bad te gaan.
- Doe rustig aan en drink veel water, thee of vruchtensap. De dag van de punctie kan je het beste liggend op de bank of in bed doorbrengen.
- Ga niet werken op de dag van de punctie, maar gun je lichaam rust.
- Neem als je nog pijn hebt paracetamol. Als dit onvoldoende werkt, neem dan contact op met het ziekenhuis.
- Rijd geen auto op de dag van de eicelpunctie. De medicijnen die je (via een infuus) gekregen hebt, maken je mogelijk suf.
Mogelijke complicaties
Zoals bij elke ingreep, kunnen ook bij de punctie bij IVF of ICSI medische problemen ontstaan. De volgende complicaties kunnen optreden.
Infectie
Net als bij een operatie is het bij een punctie mogelijk dat ziekteverwekkers zich een weg naar binnen banen. Dan kan een infectie ontstaan. Krijg je koorts, toenemende buikpijn en/of abnormale afscheiding? Neem dan contact op met het ziekenhuis.
Bloeding
De arts kan tijdens de punctie een bloedvat raken, waardoor een bloeding ontstaat. Of één van de prikgaatjes in de vagina blijft bloeden. Dit is gemakkelijk te stelpen met een speciale tampon of een hechting. Deze tampon geeft geen infectiegevaar, want hij blijft maar kortdurend zitten. Bij een inwendige bloeding is een operatie nodig. Gelukkig komt dit maar zelden voor.
Ovarieel hyperstimulatiesyndroom (OHSS)
Er bestaat een kleine kans (3%) dat door toediening van het hormoon HCG je eierstokken te sterk gestimuleerd raken. Je kan dan OHSS krijgen. Dit wordt ook wel overstimulatie genoemd. Je eierstokken reageren dan te heftig. Ze raken flink vergroot en vaak is je oestrogeenspiegel erg hoog. Uit je bloedvaten kunnen eiwitten gaan lekken en er komt vocht in je buikholte. Je kan dan de volgende klachten krijgen:
- Buikpijn
- Opgezette buik
- Gewichtstoename
- Weinig plassen
- Kortademigheid
Daarnaast loop je een verhoogd risico op trombose, omdat je bloed dikker wordt doordat er vocht uit de bloedvaten lekt.
Heb je last van bovenstaande klachten? Neem dan gelijk contact op met het ziekenhuis. Door op tijd te behandelen, zijn ernstige gevolgen meestal te voorkomen.
Een draaiing van je eierstok
Je eierstokken bevatten tijdens deze behandeling meer follikels dan normaal. Hierdoor zijn ze groter. In zeldzame gevallen kan dit ervoor zorgen dat ze om hun as draaien. De eileider en eierstok raken dan afgekneld en je eierstok krijgt geen bloed meer. Dit wordt ook wel een ovariële torsie genoemd.
De meest opvallende klacht hierbij is hevige pijn die plotseling ontstaat. Bij een ovariële torsie moet snel worden ingegrepen om je eierstok te kunnen redden. Dit gebeurt met een operatie. Gelukkig is deze complicatie zeldzaam.
Wat kan je zelf doen?
Er zijn een aantal dingen die je zelf kan doen om ervoor te zorgen dat je snel herstelt en om de kans op overstimulatie te verkleinen.
- Drink veel. Door veel te drinken komt er voldoende vocht in de bloedbaan. Het bloed dikt dan minder snel in. Probeer 2,5 tot 3 liter per dag te drinken. Vooral water en vruchtensappen zijn goed.
- Houd goed rust. Je lichaam ruimt de bloeduitstortingen in je eierstokken zelf op. Door de eerste dagen na de punctie rust te houden, geef je je lijf hier de tijd voor. Het herstel gaat dan sneller.
- Gebruik paracetamol. Om buikklachten te verminderen, kan je paracetamol gebruiken. Vaak helpt dit voldoende om de pijn te verlichten. Pijn kost energie. Als je minder pijn voelt, helpt dat om sneller te kunnen herstellen.
- Wees alert op signalen van overstimulatie. Weeg jezelf eenmaal per dag. Weeg je 2,5 kg meer dan de dag van de punctie of neemt je gewicht met 1 kg per dag toe? Dan is het verstandig om contact op te nemen met het ziekenhuis. Dit kan betekenen dat je vocht vasthoudt. Ook als je je niet lekker voelt of de klachten van overstimulatie herkent, kan je het beste meteen bellen.
Hoe gaat het nu verder?
Je partner heeft waarschijnlijk op de dag van de punctie zaad moeten inleveren. Nog dezelfde dag worden jouw eicellen en zijn zaadcellen bij elkaar gebracht in het laboratorium. De bevruchting kan nu plaatsvinden. Uit de embryo’s waarbij dit lukt, kan dan een embryo groeien. Twee tot vijf dagen na de punctie kan een bevrucht eitje (embryo) bij jou worden teruggeplaatst. Dit wordt ook wel embryotransfer genoemd.
Voor de terugplaatsing is het belangrijk dat de omstandigheden in jouw baarmoeder zo optimaal mogelijk zijn voor een zwangerschap. Daarom begin je na de punctie met weer een ander hormoon: progesteron. Dit zorgt ervoor dat je baarmoederslijmvlies zich klaarmaakt voor de innesteling van een bevruchte eicel.
Doorlopen jullie een IVF/ICSI-traject vanwege een genetische aandoening bij een van jullie of een eerder kindje? Dan is het nu wachten op de pre-implantatie genetische diagnostiek (PGD). De embryo’s worden ingevroren terwijl jullie wachten op de uitslag van deze genetische test. Je hoeft dan voorlopig nog geen medicijnen te gebruiken. De terugplaatsing is pas na de uitslag van de test.
Auteur Lauri Hanewinckel
Download onze app
#1 Kinderwens- en zwangerschapsapp