Peuter: de ontwikkelingen van je kind in de peutertijd
De peutertijd is een spannende fase, zowel voor je kindje als voor jou. Je peuter leert in korte tijd veel bij, groeit hard en ontwikkelt zich in rap tempo. Maar wanneer is je kind eigenlijk een peuter en welke ontwikkelingen maakt hij door?
Wanneer is je kind een peuter?
Vanaf het moment dat je kindje 2 jaar wordt, is hij officieel een peuter. De peutertijd duurt tot de leeftijd van 4 jaar. Daarna wordt je kindje een kleuter en mag hij naar de basisschool. In de periode tussen 1 en 2 jaar wordt je kind vaak een dreumes genoemd.
De term ‘peuter’ wordt ook weleens breder gebruikt, voor kinderen tussen de 1,5 en 4 jaar. Een dreumes wordt dan gezien als een ‘jonge peuter’. Voor de volledigheid beschrijven we hieronder de ontwikkeling van je peuter vanaf 1,5 jaar.
Ontwikkeling peuter
Dacht je dat je baby veel nieuwe vaardigheden geleerd had in het afgelopen anderhalf jaar? Je peuter doet er nog een schepje bovenop. Tussen de 2 en 4 jaar maakt je kind namelijk grote stappen in de sociaal-emotionele ontwikkeling, ontwikkelt hij nieuwe motorische vaardigheden, wordt hij zindelijk en groeit zijn woordenschat en taalvaardigheid enorm.
Van een waggelende dreumes ontwikkelt hij zich tot een ondernemende kleuter, die klaar is voor de basisschool. Hieronder een overzicht van wat je kan verwachten per leeftijdsfase. Heeft jouw kind bepaalde vaardigheden die beschreven staan bij zijn leeftijdsfase nog niet onder de knie? Maak je niet direct zorgen, elk kind ontwikkelt zich op zijn eigen manier en in zijn eigen tempo.
Peuter van 18 tot 24 maanden
In deze fase begint je kind de overgang van baby naar peuter te maken. Hij zet vol trots zijn eerste stapjes en ontdekt dat de wereld groter wordt als hij zich op twee benen voortbeweegt. Je dreumes van 1,5 jaar is dan ook erg onderzoekend. Niet alleen naar zijn omgeving, maar ook naar zichzelf.
Langzaam krijgt hij het besef dat hij een eigen individu is. Een individu dat alles zelluf wil doen. Helaas zijn er nog heel wat dingen die niet zelf lukken, en dat is best frustrerend voor je kleine. Bereid je maar voor op de eerste driftbuien.
Je kindje heeft jou nog hard nodig; jij blijft zijn veilige basis. Op deze leeftijd kan weer een fase van eenkennigheid en verlegenheid optreden. Je kindje kruipt nog altijd graag bij jou weg, maar dat vind je vast niet erg.
Nieuwe vaardigheden en ontwikkelingen in deze fase:
- Leert loslopen
- Kan 10 tot 20 woorden zeggen
- Leert zo’n 250 woorden begrijpen
- Voert kleine spelopdrachten uit
- Kan twee blokjes op elkaar stapelen
- Ontdekt het nee zeggen
- Toont interesse in toiletgedrag
- Kan met een lepeltje eten
- Kan stevig zitten in een kinderstoel
- Duidt zichzelf met zijn eigen naam aan
- Ontwikkelt zijn gevoel voor humor
- Kan vanuit hurkzit iets oprapen
Peuter van 24 tot 30 maanden
Je 2-jarige peuter creëert steeds meer zijn eigen identiteit en zijn zelfbewustzijn groeit. Daarnaast belandt hij nu in de peuterpuberteit. Dat betekent dat driftbuien vaker kunnen voorkomen en dat je kindje zich tegen jou begint af te zetten. Hoewel het een hele uitdaging kan zijn om hiermee om te gaan, is dit pubergedrag een goed teken. Je kind ontwikkelt zich en voelt zich veilig genoeg om grenzen op te zoeken.
Naast de driftbuien wordt je ook ineens geconfronteerd met onverwachte huilbuien. Je peuter barst zomaar in huilen uit. Omdat het water te nat is, de rozijntjes geen appel zijn of omdat hij bang is om door het doucheputje te spoelen. De wereld is best ingewikkeld en spannend als je pas 2 jaar bent. Dit kan hem plotseling overvallen. Kijk er daarom niet van op als je peuter ook nu nog verlegen wegkruipt achter jouw benen of onder de tafel.
Nieuwe vaardigheden en ontwikkelingen in deze fase:
- Zegt zinnen van twee woorden
- Het melkgebit is nu (bijna) compleet
- Kan nu naar de peuterspeelzaal
- Stapelt zes blokjes op elkaar
- Kan (met hulp) de trap opklimmen
- Doet anderen na tijdens het spelen
- ‘Fietst’ goed op een loopfiets
- Kan steeds beter zelfstandig eten
- Trekt zelf kledingstukken uit
- Kan een bal wegschoppen
- Begrijpt eenvoudige opdrachten en vragen
- Kan lichaamsdelen bij zichzelf en anderen aanwijzen
Peuter van 30 tot 36 maanden
In de peutertijd is je kind een spons als het gaat om taal. Met 2,5 jaar groeit de woordenschat van je peuter sterk, met soms wel tien woorden per week. Ook noemt hij zichzelf nu ‘ik’ of ‘mij’. Dit is geen toeval, want het zelfbewustzijn van je kleine gaat met sprongen vooruit. Zo wordt hij zich bewust van zijn geslachtsdeel en hoe deze verschilt van anderen. Activiteiten op het toilet vindt hij nu reuze interessant. Een mooi aanknopingspunt voor de zindelijkheidstraining.
Wat misschien minder soepel gaat, is eten. Veel peuters maken een fase door waarin ze lastiger zijn met eten. Je kindje kan met voedsel gooien, eten weigeren of kieskeurig worden. Het hoort bij deze periode. Hier wordt weer een beroep gedaan op jouw opvoedkwaliteiten. Consequent zijn en niet te veel toegeven is de truc!
Nieuwe vaardigheden en ontwikkelingen in deze fase:
- Kent zo’n 750 woorden
- Praat in zinnen van drie woorden of meer
- Glijdt zelfstandig van de glijbaan
- Ruimt samen met jou speelgoed op
- Kan een ballon vangen
- Rijgt grote kralen aan een koord
- Kan even op één been staan
- Is mogelijk zindelijk overdag
- Ontdekt geslachtsdelen
- Bouwt een vrachtauto na met blokjes
- Kan fietsen op een driewieler of zelfs al op een kinderfiets
- Tekent een verticale lijn na
- Is voor 50 tot 75% verstaanbaar voor bekenden
- Wijst plaatjes aan in een boek en benoemt wat het is
Peuter van 36 tot 42 maanden
Het brein van je 3-jarige draait op volle toeren. Hij heeft echter nog een magische manier van denken. Je peuter probeert de wereld om zich heen te begrijpen, maar realiteit en werkelijkheid lopen nog door elkaar heen. Datgene wat hij niet begrijpt, vult hij aan met zijn fantasie. Die fantasie brengt op deze leeftijd ook een nieuwe dimensie in het spel van je kleine.
Bij het spelen wordt je kindje steeds socialer. Langzaam leert hij samen spelen. Dit levert nog geregeld conflicten op, want inleven in een ander vindt je peuter nog lastig. Conflicten met jou zijn ook aan de orde van de dag. Met 3 jaar kan je peuter behoorlijk standvastig zijn als hij boos is. Hij kan zelfs agressief gedrag vertonen. Dit is niet ongewoon in deze fase, maar het is wel belangrijk om duidelijk te maken dat dit niet mag.
De taalvaardigheid neemt weer een vogelvlucht. Door jou en anderen te imiteren, leert je peuter grammaticale regels toepassen. Hij is nu in staat om meervoud te maken en werkwoorden te vervoegen. Dit lukt nog niet altijd, maar bij veel woorden gaat het al goed.
Nieuwe vaardigheden en ontwikkelingen in deze fase:
- Kan ongeveer 1.000 woorden zeggen
- Stelt vragen als wie, wat, waar, hoe
- Kan 1.250 woorden begrijpen
- Maakt zinnen van drie woorden, misschien al van vier of vijf woorden
- Kan abstracte begrippen uitdrukken
- Speelt soms zelfstandig
- Kan reepjes papier knippen
- Kan zelf zijn handen wassen
- Springt met twee voeten van de vloer
- Herkent en benoemt kleuren
- Doet vier figuurtjes in een vormenstoof
- Heeft mogelijk een denkbeeldig vriendje
- Doet aan fantasiespel/rollenspel
- Bouwt een brug van blokken na
- Trekt zelf een kledingstuk aan
- Vertelt uit zichzelf verhaaltjes
- Wordt bewuster van het verschil tussen jongens en meisjes
Peuter van 42 tot 48 maanden
Tegen het eind van de peutertijd is je kindje al echt een sociaal wezentje, klaar voor een nieuwe fase. Het samen spelen met andere kinderen begint soepeler te verlopen, hij kan op zijn beurt wachten en deelt misschien al soms zijn speelgoed. Zijn zelfvertrouwen groeit, hij zoekt grenzen op en durft meer uitdagingen aan te gaan. Nog even en hij is klaar voor de basisschool!
Qua fijne en grove motoriek begint je peuter steeds meer op een kleuter te lijken. Tekeningen zijn geen onwillekeurige krassen meer, maar stellen in zijn ogen echt iets voor. Met een beetje fantasie kan jij ook best opa zien in dat ronde, harige bolletje. Grof-motorisch gaat de ontwikkeling ook hard, je peuter lijkt wel een kleine acrobaat.
Nieuwe vaardigheden en ontwikkelingen in deze fase:
- Praat in samengestelde en volledige zinnen
- Is grotendeels verstaanbaar voor iedereen
- Geeft logische antwoorden op vragen
- Trekt zelf zijn schoenen aan
- Benoemt een aantal cijfers en letters
- Is overdag en misschien ’s nachts zindelijk
- Doet een koprol zonder hulp
- Maakt een eenvoudige puzzel
- Hinkelt drie keer achter elkaar
- Kan tot tien tellen of een (deel van het) alfabet opnoemen
- Kent primaire kleuren
- Kan waarschijnlijk fietsen op kinderfiets (met zijwieltjes)
- Tekent een cirkel na
- Houdt potlood tussen duim en vingers
- Stelt vragen hoeveel, waarom en wanneer
TIP: De ontwikkelingen van je peuter op de voet volgen? Bekijk de peuterkalender en meld je aan voor de nieuwsbrief. Dan ontvang je regelmatig een update van de ontwikkeling van je kindje.
Auteur Lauri Hanewinckel
Download onze app
#1 zwangerschaps- en baby-app