Klompvoetjes: wat zijn het en hoe worden ze behandeld?
Een klompvoet is een aangeboren afwijking waarbij er een scheefstand is van een voet. Dit kan bij een of beide voeten voorkomen. Wat is de oorzaak van klompvoetjes en hoe ziet de behandeling eruit?
Wat zijn klompvoetjes?
Klompvoetjes bevatten alle botten, pezen en spieren, maar hebben een afwijkende stand. Het is een aangeboren afwijking, die ontstaat tijdens de zwangerschap.
Bij klompvoetjes zijn sommige pezen, spieren en banden van je baby niet goed gegroeid in de baarmoeder. De spieren en pezen in zijn onderbeen en voet zijn niet goed ontwikkeld. Ze zijn te kort of te lang. Hierdoor gaan de botten in een verkeerde stand staan en komt de gehele voet krom te staan. De hiel wijst naar beneden en is naar binnen gekanteld. De voorkant van de voet draait naar binnen, zodat de voet op een komma lijkt. Ook is het voetje vaak hol.
Ieder jaar worden in Nederland ruim 200 kinderen met klompvoeten geboren. De aandoening komt ongeveer twee keer vaker bij jongens voor dan bij meisjes. Ongeveer de helft van de baby’s met deze afwijking wordt geboren met twee klompvoetjes. bij de andere helft is er maar één klompvoet en is de andere voet normaal. Zo’n 20% van de kindjes met een klompvoet heeft ook een andere aangeboren afwijking, zoals een open rug.
Wist je dat…
Het woord ‘klompvoet’ heeft niets met klompen te maken. De naam komt van het Engelse ‘clubfoot’, oftewel ‘golfclub’ voeten. Een klompvoetje doet een beetje denken aan het blad van een golfclub.
Ontdekken van een klompvoetje
Klompvoetjes zijn meestal al te zien op de 20-wekenecho. Soms worden ze pas bij de geboorte ontdekt. Ziet de verloskundige of gynaecoloog tijdens de 20-wekenecho dat je kindje een klompvoet heeft? Dan volgt er een medische echo. Wanneer de afwijking ook hierop te zien is, verwijst de verloskundige of gynaecoloog je door naar een kinderorthopeed.
De kinderorthopeed behandelt na de geboorte de klompvoetjes van je baby. Vlak na de geboorte onderzoekt hij ze. Hij kijkt onder andere hoe ernstig de afwijking aan de voet is. Zo kan hij een behandelplan maken. Ook probeert hij in te schatten hoe goed het klompvoetje te behandelen is.
Verwacht je een kindje met een klompvoet en zijn er verder geen problemen rondom je zwangerschap? Dan mag je zelf kiezen of je in het ziekenhuis of thuis bevalt.
Wat is de oorzaak van een klompvoet?
De precieze oorzaak van een klompvoetje blijft vaak onbekend. Wel zijn er enkele mogelijke oorzaken voor het ontwikkelen van deze aandoening:
- Afwijkende ligging in de baarmoeder. Soms raakt de voet van je kindje bekneld tijdens de zwangerschap, omdat hij te weinig ruimte heeft in de baarmoeder. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen bij een tweelingzwangerschap of wanneer je kindje in stuit ligt. Deze vorm van klompvoetjes is vaak makkelijk recht te zetten.
- Erfelijkheid. Bij het ontstaan van klompvoetjes speelt erfelijkheid waarschijnlijk een rol. Ben jij geboren met deze aandoening? Dan is de kans 3 tot 4% dat je baby ook een klompvoet heeft. Wanneer jij en je baby met een klompvoet geboren zijn, is er 25% kans dat een volgend kindje deze aandoening ook heeft.
- Een neurologische aandoening. Bij een aandoening aan het zenuwstelsel, zoals een open rug of spasticiteit, komen klompvoeten vaker voor.
- Verstoorde zenuwvoorziening van de voet. Soms zorgt een afwijking aan de voetzenuwen ervoor dat de voet scheef komt te staan.
- Een bindweefselziekte. Bindweefsel ondersteunt de spieren en gewrichten en leidt bloedvaten en zenuwen naar de organen. Wanneer je kindje een bindweefselziekte heeft, kan dit verstoord raken. Hierdoor kunnen klompvoetjes ontstaan.
- Problemen tijdens de zwangerschap. Soms worden klompvoetjes veroorzaakt door problemen tijdens je zwangerschap, zoals een tekort aan vruchtwater of het amnionstrengsyndroom. Bij dit syndroom scheurt het binnenste vruchtvlies. Dit kan voor afwijkingen bij je baby zorgen.
- Een syndroom. In zeldzame gevallen komen klompvoetjes voor als onderdeel van een syndroom, bijvoorbeeld diastrofische dysplasie (dwerggroei) of Arthrogryposis multiplex congenita. Dit is een syndroom dat zorgt voor afwijkingen aan de gewrichten.
Behandeling van klompvoetjes
Een snelle behandeling van klompvoetjes is nodig om ervoor te zorgen dat je kindje pijnloze, soepele voeten heeft waarop hij goed kan lopen. Het liefst starten artsen binnen vijf dagen na de geboorte met de behandeling. Tijdens de behandeling wordt de voet van je baby langzaam in de goede stand geduwd. De manier waarop dit gebeurt, hangt af van de ernst van de klompvoet. Bij een lichte afwijking kan dit vaak met tape en massage. Bij een sterkere afwijking zijn gips en een operatie nodig.
De behandeling vindt plaats in een van de goedgekeurde Klompvoetcentra. In een Klompvoetcentrum werken gespecialiseerde kinderorthopeden en gipsverbandmeesters samen. Zo kan je kindje op één plek de zorg krijgen die hij nodig heeft. In Nederland worden klompvoeten behandeld volgens de Ponseti-methode. Deze methode bestaat uit vier stappen: gipsbroek, eventueel een kleine operatie, een brace en nacontroles.
1. Gipsbroek
Kan de voet van je kindje niet met behulp van tape en massage worden rechtgezet? Dan krijgt hij een gipsbroek. Voor het gipsen worden de voetspieren en -banden voorzichtig opgerekt met massage. Het gips zorgt ervoor dat de voet langzaam in de goede stand komt te staan. Het komt tot boven de knieën van je kindje en wordt één keer per week verwisseld. Tijdens het wisselen van het gips kan je je baby in bad doen. Wanneer je kindje een gipsbroek draagt, kan je wel gewoon zijn luier verschonen.
2. Mogelijk een operatie van de achillespees
Na ongeveer zes weken gipsbehandeling controleert de orthopeed de voetjes van je kind. Soms is een behandeling met gips voldoende om de voetjes recht te zetten, maar in veel gevallen is hiervoor een operatie nodig. Een kindje met een klompvoetje heeft vaak een te korte achillespees. Dit is de pees bij je hiel. Omdat deze te kort is, blijft de voet niet in de goede stand staan. Daarom is bij 90 procent van de kinderen met klompvoetjes een kleine operatie nodig.
Voor de operatie wordt de hiel van je kindje verdoofd met verdovingszalf. Je baby krijgt een flesje, zodat hij ontspannen is. Vervolgens snijdt de arts met een klein sneetje de achillespees door. Dit duurt maar een paar seconden en het wondje hoeft niet gehecht te worden. Na deze ingreep krijgt je baby weer een gipsverband, dat drie weken blijft zitten. Tijdens deze drie weken groeien de uiteinden van de achillespees weer aan elkaar tot de goede lengte.
3. Voetbrace
Drie weken na de operatie wordt het gips verwijderd. Gipsverband is vanaf nu niet meer nodig. Je baby krijgt een voetbrace. Wanneer je kindje niet geopereerd is, krijgt deze na ongeveer zes weken gipsbehandeling een brace. De brace bestaat uit twee speciale schoenen die aan een soort plastic of metalen staaf vastzitten. Door de schoenen blijft de klompvoet in de juiste stand groeien.
De eerste drie maanden draagt je kindje de voetbrace dag en nacht. Daarna hoeft hij alleen nog ’s nachts en tijdens het slapen overdag aan. Dit duurt tot je kind ongeveer vier jaar oud is. Tussendoor controleert de arts regelmatig of de stand van de voeten goed blijft.
4. Nacontrole
Het dragen van een voetbrace is meestal niet meer nodig wanneer je kindje vier of vijf jaar oud is. Zijn voet heeft lang genoeg in de goede stand kunnen groeien. De kans op terugval is dan klein. Iedere drie tot vier maanden controleert de arts of de voet van je kind nog in de goede stand staat. Na twee jaar wordt het aantal controles minder. Je kind blijft onder controle tot hij ongeveer 16 jaar is.
Draagt je kind de voetbrace zoals de arts dit aangeraden heeft? Dan is de kans op terugval heel klein. 6% van de kinderen die de brace draagt wanneer dit nodig is, krijgt een terugval. Van de kinderen die de brace niet dragen zoals aangeraden is, krijgt 80% een terugval. Het is dus heel belangrijk dat je kind de brace voldoende draagt.
De toekomst met klompvoetjes
Een klompvoet is niet te genezen, maar wel te verhelpen. De voet wordt zo behandeld dat je kindje deze normaal kan gebruiken. Hij kan er zonder pijn op lopen en rennen. Ook sporten is meestal geen probleem. De voet ziet er zo goed als normaal uit en je kind kan gewone schoenen dragen. Een behandelde klompvoet is vaak wel iets kleiner dan normaal. Ook kan het been iets korter zijn. Dit zorgt meestal niet voor problemen en valt bijna niet op.
Tips wanneer je kindje klompvoetjes heeft
De volgende tips kunnen je helpen wanneer je kindje klompvoetjes heeft en een gipsverband of voetbrace draagt:
- Neem badartikelen mee naar de gipsafspraak. Wanneer je baby een gipsverband draagt, kan je hem thuis niet in bad doen. Neem dus een handdoek, badolie en een schone luier mee naar de afspraak. Je kan dan je kindje in bad doen tijdens het verwisselen van het gips.
- Zorg ervoor dat je kindje goed warm blijft. Na het gipsen kan je kindje het wat sneller koud krijgen. Houd hem daarom goed warm, bijvoorbeeld door zijn voetenzak te verwarmen met een kruik.
- Houd eventuele klachten in de gaten. Houd in de gaten of je kind geen drukplekken of roodheid krijgt van de brace. Zie je dit? Geef het dan door aan de kinderorthopeed.
- Schaf een speciale slaapzak aan. Slaapt je kindje in een slaapzak? In een gewone slaapzak zal hij met de brace niet goed passen. Schaf dan een extra brede aan. Eer zijn via internet slaapzakken verkrijgbaar speciaal voor kinderen met een brace of gipsbroek.
- Koop grotere kleding en sokken voor je baby. Het gipsverband zorgt ervoor dat je baby een grotere maat sokken en broeken nodig heeft. Wanneer hij een brace draagt, zijn elastische broeken handig.
- Voorkom rugklachten door een hogere box en bedbodem. Een gipsbroek maakt je baby wat zwaarder om te tillen. Het kan helpen om de bodem van het ledikant en de box wat hoger te zetten.
- Zoek contact met andere ouders. Wanneer je kindje klompvoeten heeft, kan het fijn zijn om ervaringen uit te wisselen met andere ouders. Dit kan bijvoorbeeld door lid te worden van de Nederlandse Vereniging Klompvoetjes. Deze vereniging brengt mensen bij elkaar door onder andere een ledendag te organiseren.