Clusteren: waarom je baby zo vaak wil drinken
In de periode na de geboorte kan je merken dat je kindje op sommige tijden van de dag veel vaker wil drinken. Dit wordt clusteren genoemd. Het past bij de normale ontwikkeling van je baby. Wat houdt clusteren precies in? Wanneer wil je baby clusteren? En hoe kan je ermee omgaan?
Wat is clusteren?
Clusteren betekent dat je baby elke dag op een vrij vast moment onrustig is en vaker of langer wil drinken. Meestal gebeurt dit aan het eind van de middag of in de vroege avond. Maar het is ook mogelijk dat je baby juist ’s ochtends of ’s nachts clustert.
Soms wil je baby niet alleen vaker drinken, maar het liefst de hele tijd aan de borst liggen of bij je zijn. Je kan tijdens zo’n lang drinkmoment het idee hebben dat je borsten leegraken. Of dat je baby zoveel aan de borst wil, omdat je te weinig melk maakt. Gelukkig zijn je borsten eigenlijk nooit helemaal leeg. Het clusteren betekent niet dat je baby te weinig melk uit je borst krijgt.
Twijfel je toch over je melkproductie? Dan kan je contact opnemen met het consultatiebureau of een lactatiekundige. Deze kan je tips geven en helpen de borstvoeding goed te laten verlopen.
Clusteren bij flesvoeding
Ook als je flesvoeding geeft, wil je baby soms clusteren. Je baby wil graag veel bij je zijn of heeft een voorraadje voeding nodig. Je kan op zulke momenten best een keer extra de fles geven als je baby daarom vraagt. Gebruik een speen met een langzame toevoer en gun je baby veel pauzes.
Wanneer wil je baby clusteren?
Vooral in de eerste maanden is de kans groot dat je baby wil clusteren. De wereld van je kindje bestaat dan vooral nog uit drinken, poepen, slapen en bij jou zijn. Clusteren is daar een logisch gevolg van. Als je baby ook andere dingen gaat eten en meer bezig is met de wereld om zich heen, zal het clusteren afnemen.
Waarom wil je baby clusteren?
Misschien verwacht je dat er ongeveer evenveel tijd zit tussen twee voedingen. Deze verwachting hebben meer ouders. Maar meestal drinkt je baby niet volgens een strak schema met vaste tijden tussen de voedingsmomenten. Je kindje heeft op sommige momenten eerder of meer trek dan op andere momenten op de dag. Clusteren is daar een voorbeeld van. Het is dus heel normaal gedrag van je baby. Ook de volgende dingen spelen een rol.
Meer dan drinken
Voeden is veel meer dan drinken alleen. Het zuigen geeft je baby een tevreden en veilig gevoel. Dat heeft je kleine nodig om alle indrukken van de dag te verwerken.
Ook het huid-op-huid contact tijdens het clusteren helpt je kindje om zich veilig te voelen en kalm te worden. Dit is niet alleen bij borstvoeding, maar ook als je flesvoeding geeft. Extra dicht bij jou zijn, kan je kindje helpen zich te ontspannen. Dit komt door het hormoon oxytocine, dat vrijkomt als je knuffelt of borstvoeding geeft. Aan het eind van de dag heeft je kleine dit extra hard nodig. Het ontspannen aan het eind van de dag is niet alleen belangrijk voor de ontwikkeling. Het zorgt er ook voor dat je baby rustig wordt voor het slapengaan.
Melkvoorraad opbouwen
Clusteren kan intensief zijn. Maar het heeft ook een groot voordeel. Je baby bouwt tijdens het clusteren een voorraadje melk op voor de nacht. Je kleine drinkt telkens kleine beetjes calorierijke melk. Daardoor kan je kindje tijdens de nacht vaak langer achter elkaar doorslapen.
Melkproductie verhogen
Geef je borstvoeding? De reden voor het clusteren van je baby kan dan ook liggen bij de melkproductie. Het hormoon prolactine zorgt voor de productie van moedermelk. In rust is de hoeveelheid prolactine het hoogst. Dat is dus vooral ‘s nachts en vroeg in de ochtend. Je baby kan de aanmaak van prolactine verhogen door aan de borst te drinken. Clusteren in de avond kan dus een manier zijn om ervoor te zorgen dat je melkproductie op peil blijft voor de volgende dag.
Clusteren en regeldagen
Bij clusteren denk je misschien ook aan regeldagen. Dit zijn dagen waarop je baby vaker om een voeding vraagt dan je gewend bent. Meestal gebeurt dit meerdere keren op een dag. De reden hiervoor is dat je kindje groeit en meer melk nodig heeft. Door een of twee dagen vaker om een voeding te vragen, gaat de melkproductie omhoog.
Regeldagen verschillen van clustervoedingen op twee manieren. Regeldagen gebeuren eens in de zoveel tijd en houden een paar dagen aan. Clusteren gebeurt een langere periode elke dag op een vaste tijd. Ook zijn regeldagen vooral bedoeld om de melkproductie omhoog te krijgen, terwijl clusteren eerder geborgenheid en contact als doel heeft.
Tips om ermee om te gaan
Clusteren kan soms vermoeiend zijn en kan je onzeker maken. Gelukkig weet je nu dat het heel normaal én nuttig is. Met deze vijf tips zorg je ervoor dat het clusteren voor jullie allebei plezierig is.
1. Reageer op wat je baby nodig heeft
Is je kindje onrustig? Of vraagt je baby op een andere manier om een voeding? Voed dan gerust op verzoek, ook als dat buiten jullie voedingsritme valt. Het aantal keer dat je kindje aan de borst ligt, bepaalt niet per se hoeveel melk er binnenkomt. Je kan je baby dus rustig nog een keer aanleggen.
2. Let op signalen dat je baby genoeg heeft gedronken
Als je de fles geeft, kan je gemakkelijk te veel geven. Loopt er melk uit de mond, fronst je baby, zijn de vingers en tenen gespreid of maakt je kindje bijgeluiden bij het slikken? Neem dan een pauze. Als je de fles kantelt waardoor het puntje van de speen tegen het gehemelte van je kindje wijst, weet je baby dat de fles er nog is. Je baby kan dan gewoon weer beginnen met zuigen. Als je baby het hoofd wegdraait of de fles wegduwt, is het beter om te stoppen. Ook als de fles niet leeg is. Bij borstvoeding is het vaak duidelijker als je baby genoeg heeft gehad. Hij laat dan gewoon de tepel los.
3. Maak tijd voor het clusteren
Clusteren kan intensief zijn. Zorg ervoor dat je zelf ontspannen zit en geniet van dit moment met je baby. Heb je nog taken liggen? Het kan helpen om hulp van anderen te vragen. Als je weet op welke tijd je baby vaak clustert, kan je het voorbereiden door bijvoorbeeld eten vooruit te koken. Je hoeft het dan alleen nog op te warmen. Installeer jezelf op de bank met wat te drinken en een goed boek. Zo wordt het ook voor jou een ontspannen moment. Tv kijken kan minder handig zijn, omdat je baby zich door de flitsende lichten en het geluid mogelijk minder goed ontspant.
4. Let op of er iets anders aan de hand is
Als je baby de hele tijd onrustig is en steeds bij jou wil zijn, kan dat gewoon clusteren zijn. Blijft je baby onrustig aan de borst? Haal je kindje dan van de borst. Er kan iets anders aan de hand zijn. Je baby kan bijvoorbeeld last hebben van krampjes of spruw.
5. Verzorg en bescherm je tepels
Clusteren vraagt nogal wat van jouw tepels. Heb je last van pijnlijke tepels door deze lange voedingsmomenten? Het kan helpen om na elke voeding een druppeltje melk over je tepelhof uit te smeren. Moedermelk heeft van nature namelijk een helende werking en kan zo helpen de pijn minder te maken. Een goede tepelzalf smeren na elke voeding kan ook helpen. Als je pijn blijft houden, is het slim om het consultatiebureau of een lactatiekundige om advies te vragen.
Download onze app
#1 zwangerschaps- en baby-app