Hoe kan je veilig samen slapen met je baby?

Veilig slapen

Het is belangrijk dat je kindje veilig kan slapen. Je baby rust goed uit en jouw nachtrust is waarschijnlijk ook beter als je weet dat je baby veilig slaapt. Door een veilige en verantwoorde slaapplek voor je kindje in te richten, verklein je het risico op wiegendood. Maar wat is een veilige slaapplek? Daarover verschillen de meningen.

Het advies van het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid is om je kleine de eerste 4 tot 6 maanden in een apart bedje op jouw slaapkamer te laten slapen, zo dicht mogelijk bij jullie bed. Je kindje is dan dichtbij, maar ligt veilig in zijn eigen bedje. Daarna kan hij langzaam gaan wennen aan slapen in een eigen kamertje.

Samen in één bed slapen vormt risico’s, vooral bij baby’s jonger dan 4 maanden. Je kindje kan het te warm krijgen, bekneld raken, met zijn gezichtje tegen kussens of het dekbed aangedrukt worden of uit bed vallen. Ook kan jij onbedoeld op je baby rollen.

Wiegendood

Wiegendood is het plotseling overlijden van een gezond kind onder de 2 jaar, zonder duidelijke oorzaak die het overlijden verklaart. Meestal gebeurt dit in de slaap. De beste manier om het risico te beperken, is dus om een veilige slaapsituatie te creëren. In Nederland komt wiegendood jaarlijks bij ongeveer tien baby’s voor.

Hechting

Een goede hechting tussen jou en je kindje zorgt ervoor dat hij later meer zelfvertrouwen heeft en een veilig gevoel ervaart. Nabijheid is een belangrijke voorwaarde voor een veilige hechting.

Je baby moet leren dat jij er altijd voor hem bent en niet zomaar verdwijnt, zelfs als hij gaat slapen. Hierdoor leert je kindje dat hij je kan vertrouwen. Op dezelfde kamer slapen zorgt ervoor dat je kleine jou ’s nachts kan horen, waardoor hij weet dat je er nog bent.

Verschillende vormen van samen slapen

Samen slapen met je kindje is dus goed voor de hechting en, afhankelijk van de vorm van samen slapen, om de kans op wiegendood te verkleinen. Er zijn verschillende manieren van samen slapen, die niet allemaal even veilig zijn.

Los bedje op jouw slaapkamer (rooming in)

Deze vorm van co-slapen is in de eerste maanden het veiligst voor je baby. Het is zelfs veiliger dan je kindje direct op een eigen kamertje te laten slapen. Je kleine merkt dat jij aanwezig bent en jij kan snel reageren op zijn signalen. Bovendien maakt het de nachtelijke voedingen makkelijker, want je hoeft niet de kamer uit om je baby op te pakken. Vanaf ongeveer vier tot zes maanden kan je kindje gaan wennen aan zijn eigen kamertje.

In hetzelfde bed (bedsharing)

Totdat je baby 6 maanden oud is, is het niet veilig om hem bij jou in bed te laten slapen. Er zijn factoren aanwezig die voor een adembelemmering kunnen zorgen, zoals dekbedden, grote kussens en spleten tussen twee matrassen. Bovendien is het vaak te warm, omdat jij (en je partner) ook in het bed liggen.

Er zijn onderzoekers die claimen dat bedsharing het beste is voor je kindje. Dit gaat echter in tegen het officiële advies van de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde. Je hoeft je niet schuldig te voelen als je per ongeluk een keer in slaap valt met je kleine in bed, maar probeer het zoveel mogelijk te voorkomen. Leg je kindje terug in zijn eigen bedje zodra je wakker wordt.

Co-sleeper of aanschuifwieg

Een co-sleeper is een ledikant of wiegje dat aan een kant open kan, waardoor je het tegen je eigen bed aan kan schuiven. Het is daarmee een tussenweg tussen een los bedje en je baby bij je in bed laten slapen. Je kindje is heel dichtbij, waardoor je hem snel kan troosten of voeden. Door het tussenhekje dicht te doen, heeft je baby toch een eigen slaapplek. Een co-sleeper is veiliger dan bedsharing, maar minder veilig dan rooming in.

Adviezen bij samen slapen

Als je kindje ouder is dan 6 maanden, kan je eventueel wel (af en toe) in hetzelfde bed slapen. Let daarbij wel op de volgende zaken:

• Let op met dekbedden en kussens. Gebruik liever geen dekbed. Je kindje kan hieronder terecht komen met zijn hoofd, wat voor warmtestuwing en ademnood kan zorgen. Een laken of deken is beter. Zorg ook dat je baby niet tegen een kussen aan kan liggen.
• Werk kieren en kuilen weg. Door kieren tussen twee matrassen of tussen het matras en de muur kan je kleine in een benarde positie komen te liggen. Werk deze dus zorgvuldig weg.
• Zorg voor een stevige matras. Een heel zacht matras, zoals traagschuim of een waterbed, is niet geschikt voor een baby.
• Gebruik geen verdovende middelen. Als je alcohol, drugs of slaapmedicatie hebt gebruikt, ben je minder alert. Zorg er dus voor dat je baby dan niet bij jou in bed slaapt. Ook als je oververmoeid bent, kan dat extra risico’s met zich meebrengen.
• Waarschuw je partner. Als je je bed deelt met je partner, zorg dan dat die ook weet dat er een baby in bed ligt. Zo kan hij of zij hier alert op zijn.
• Voorkom dat je baby uit bed kan vallen. Plaats eventueel een hekje aan de rand van het bed, zodat je kindje niet op de grond kan vallen. Zodra je kleine kan klimmen is dit niet meer verstandig. Door het hekje kan hij dan juist van een grotere hoogte vallen.
• Rook niet. Als je hebt gerookt tijdens je zwangerschap, of als jij of je partner rookt, is het geen goed idee om met je baby te slapen. Dit is een risicofactor voor wiegendood.
• Slaap nooit met je baby op de bank. Een bank of stoel is geen geschikte plek om met je baby te slapen. Je kindje kan wegglijden en op de grond vallen of in ademnood raken door de kussens en de rugleuning.
• Laat niet meerdere kinderen tegelijk in je bed slapen. Kinderen slapen vaak dieper en zijn minder alert op de aanwezigheid van een baby. Hierdoor kunnen ze gevaar voor elkaar opleveren.

Samen slapen voor meerlingen

Sommige ouders van meerlingen willen hun kindjes graag in hetzelfde bed laten slapen. Dit is af te raden, omdat de baby’s een verstikkingsgevaar voor elkaar kunnen vormen. Je kan eventueel twee wiegen naast elkaar schuiven, zodat ze toch dicht bij elkaar zijn.