De motorische ontwikkeling van je baby spelenderwijs stimuleren
Je baby doorloopt in zijn eerste jaren heel wat grote mijlpalen. Qua grof-motorische ontwikkeling verandert hij in korte tijd van liggend kwetsbaar wezentje tot vrolijk rondstappende peuter. Een hele klus! Jij kan hem spelenderwijs helpen die klus te klaren.
Mijlpalen in de grof motorische ontwikkeling
In de eerste paar maanden ligt je kindje alleen nog maar en houdt hij zich vooral bezig met drinken, slapen, poepen en knuffelen met jou. Toch is hij daarnaast al gauw nieuwsgierig naar de wereld om zich heen. Als je hem op zijn buikje legt voor een oefensessie tummy time, zal hij al rond de leeftijd van 1 maand proberen zijn hoofdje omhoog te houden.
Je kleine ziet de wereld ineens vanuit een ander perspectief en dat vindt hij maar wat interessant. Het vergt wel wat oefening, want zijn hoofdje is nog topzwaar. Tussen de 4 en 7 maanden lukt het hem om dit langer vol te houden en komt ook zijn borst van de grond. Vanaf dat moment zijn de grote mijlpalen binnen handbereik.
De belangrijkste mijlpalen in de grof-motorische ontwikkeling zijn:
Met de juiste dosis uitdaging en een flinke hoeveelheid speelplezier kan jij je kindje helpen bij deze mijlpalen. Dit helpt je kleine actieveling op een speelse manier een stapje vooruit en is nog een gezellige bezigheid ook. Wij geven je voor elke ontwikkelingsfase tips om je baby spelenderwijs te stimuleren.
De eerste stap: omrollen
Ieder kindje ontwikkelt zich op zijn eigen tempo, maar de meeste baby’s beginnen het omrollen te oefenen als ze tussen de 4 en 6 maanden oud zijn. Rond de 9 maanden hebben de meesten het onder de knie. Omrollen van de rug naar de buik is wat makkelijker dan van de buik naar de rug. Je kan beide stimuleren door een leuk rammelspeeltje voor het gezichtje van je baby te houden en deze naar opzij te bewegen. Je nieuwsgierig aagje zal hem willen grijpen, draait om zijn as en maakt zo een eerste aanzet voor de rolbeweging.
Andere dingen die je kan doen:
- Rol mee. Ga naast je baby liggen en doe het voor. Een belangrijke manier waarop kinderen leren is imitatie. Let’s roll, baby!
- Wiegend rollen. Neem je kindje op je buik terwijl je zelf op je rug ligt en wieg je kindje heen en weer. Zo leert hij het gevoel kennen en je scoort waarschijnlijk nog een big smile ook. Zing een liedje erbij en de pret is compleet.
- Een helpende hand. Je kan je baby van de rug naar de buik helpen door hem naar links te laten kijken met een speeltje en tegelijkertijd zijn rechterbovenbeen rustig over zijn linkerbeen te verplaatsen. Begeleid hem voorzichtig naar de buik terwijl hij het speeltje probeert te pakken.
Zelfstandig gaan zitten
Een belangrijke tussenstap van rollen naar kruipen is het zelfstandig kunnen zitten. Over het algemeen gaan baby’s dit doen als ze eraan toe zijn. Je kan het oefenen door je baby af en toe te laten zitten met ondersteuning, op jouw schoot, in de wipstoel of tegen de kussens op de bank. Blijf er wel bij en doe dit niet te lang, want het is nog erg vermoeiend voor je kleine.
Tegen de tijd dat je baby zo’n 9 maanden oud is, kan hij zelfstandig blijven zitten met gestrekte beentjes, maar het is nog wel wankel. Rond zijn eerste verjaardag, werken het evenwicht, de motoriek en tastzin van je kleine zodanig samen dat hij stabiel los zit. Je kan het zitten oefenen met de volgende spelletjes:
- Een speelgoedtrein. Stimuleer het zitten door je kindje speelgoed te geven dat zitten leuk maakt, zoals een speelgoedtrein of trekdiertje. Voordat je het weet wil je kindje erachteraan kruipen! Een speelgoedtrein groeit mee met de ontwikkeling van je kindje, zodat hij er jaren plezier van heeft.
- Optrekken tot zit. Laat je baby vanuit rugligging jouw vingers pakken en trek hem langzaam op tot zit. Trek gekke bekken en maak rare geluidjes en je giechelbekkie vindt dit prachtig. Let er wel op dat het nekje stabiel en sterk genoeg is. Je kindje moet zelf zijn hoofdje omhoog kunnen houden.
- Paardje rijden. Het ultieme zitspelletje. Neem je kleine lekker op schoot met het gezichtje naar je toe en hobbel met je benen op en neer. ‘Een damespaard, een damespaard, een damespaard gaat zo…’
Tijgeren en kruipen
Tijgeren en kruipen zijn twee heel belangrijke mijlpalen voor je baby. Als hij dit beheerst, kan hij zichzelf namelijk voortbewegen. Hier kom ik! Gemiddeld kruipen kindjes goed als ze 15 maanden oud zijn. Dat neemt niet weg dat je kleine daarvoor al een tijd als een tijger door je huis sluipt.
Met de volgende spelletjes en tips kan je het tijgeren en kruipen stimuleren:
- Kriebelvoetjes. Door de voetjes van je baby afwisselend te kriebelen wanneer hij in buikligging ligt, trekt hij zijn beentjes om en om in. Voilà, daar is de eerste aanzet tot de kruipbeweging!
- Gebruik een speelmat. Hebben jullie een gladde vloer zoals laminaat of parket? Dit maakt het kruipen moeilijker. Het gebruik van een speelmat kan voor een fijne ondergrond zorgen. Bovendien is het een leuk ‘eigen domein’ voor je kindje.
- Afzetsteuntje. Houd een speeltje net buiten het bereik van je baby als hij op zijn buik ligt. Hij zal ernaar grijpen; een goede oefening om op zijn armen te steunen. Als hij ernaar reikt, duw dan zachtjes met je handpalm tegen zijn voetzool. Zo kan hij zich afzetten naar voren.
Lopen: de eerste echte stapjes
Wat gaat de tijd toch hard! Dat gaat er waarschijnlijk door je hoofd zodra je kindje zijn eerste stapjes los zet. Sommige dreumesen lopen al rond hun eerste verjaardag, anderen pas vlak voordat ze twee worden. Gemiddeld lopen baby’s zelfstandig rond hun 18e maand. Het begint met het aan meubelstukken optrekken tot staan, vervolgens gaat je kleine langslopen en cruisen. Zorg dus dat er voldoende stabiele meubels staan die een mooi oefenparcours vormen. Je kan je kleine wandelaar ook laten oefenen aan jouw vingers. En ineens komt dan dat moment dat hij loslaat en zo van jou naar je partner hobbelt!
Leren lopen gaat met vallen en opstaan. Letterlijk. Om wat ondersteuning te bieden kan een loopkar of loopwagen een mooi hulpmiddel zijn bij het leren lopen. Kan je kleine eenmaal loslopen dan is een trekdier een leuk en leerzaam stuk speelgoed om je kindje verder te laten oefenen met zijn evenwicht en looppatroon.
Download onze app
#1 zwangerschaps- en baby-app
Algemene tips voor het stimuleren van de ontwikkeling van je baby
Met al deze ontwikkelingsfasen hebben jij en je baby genoeg te oefenen. Er zijn een aantal algemene punten waar je op kan letten als jullie beginnen aan een speelse work-out.
- Ruimte. Geef je kindje letterlijk en figuurlijk de ruimte. Zorg voor genoeg vrije ruimte om hem heen om zijn capriolen te oefenen en geef hem ook de tijd en ruimte om hier zelf mee te experimenteren. Een toejuichende papa of mama is natuurlijk wel hartstikke leuk!
- Veiligheid. Zorg dat de ruimte waarin je baby oefent veilig is en geef hem een zachte ondergrond om zijn kunsten op uit te proberen. Check de kamer eens op scherpe randen en meubelstukken die om kunnen vallen en beveilig stopcontacten.
- Eigen tempo. Iedere baby ontwikkelt zich op zijn eigen manier en in zijn eigen tempo. Sta dit ook toe en forceer niks als het bijvoorbeeld niet even snel gaat als het neefje of nichtje van je kindje. Het is geen wedstrijd.
- Neem twijfels serieus. Ben je bang dat je kindje achterloopt met zijn (motorische) ontwikkeling? Luister dan naar deze twijfel en neem contact op met het consultatiebureau of de huisarts. Deze kunnen je twijfels wegnemen of je verder adviseren als dat nodig is.
- Beiderzijds oefenen. Oefen elke vaardigheid naar beiden kanten, stimuleer dus zowel de linker- als de rechterkant van je kindje. Zo voorkom je een voorkeurshouding en worden zijn spieren aan beide kanten even sterk.
Veel oefen- en speelplezier!